Blog: A Tall Man in a Low Land

Zondag 14 november 2010, 11:35

Twee weken geleden was ik in Union Books aan het rondneuzen, toen mijn blik viel op het Lonely Planet Travel Book, een boekje dat een proevertje geeft van elk land op deze aardbol. Natuurlijk was ik benieuwd wat men over België te zeggen had. Geen grote verrassingen, maar de "read" sectie trok wel mijn aandacht. Naast de onvermijdelijke "The Sorrow of Belgium" stond er ook het boekje "A Tall Man in a Low Land" vermeld. De Engelsman Harry Pearson verzamelde in 1998 in dat boekje zijn indrukken van België en zijn inwoners. Een mens zou van minder nieuwsgierig worden...

Ik kan me niet altijd vinden in de blik van Pearson. Vlaams is geen "dialect of Dutch" (wel een verzamelnaam voor Nederlands zoals het gebruikt en gesproken wordt in België, waaronder veel verschillende dialecten gevat zijn). Het belang van de Ronde van Vlaanderen wordt zodanig gekleineerd dat elke Vlaming er pijn van in het hart krijgt. En dan komt Pearson ook nog met de beschuldiging dan de Belgen "the worst drivers in Europe" zijn. Surely not! Met name wat betreft het gedrag ten opzichte van zwakke weggebruikers, kunnen de Britten zelf nog veel van ons leren! Een klacht die wel gegrond is, gaat over de Belgische verkeersborden: "These are generally placed so discreetly or mysteriously in relation to their purpose that locating them requires more skill, luck and judgement than the average spot-the-ball competition."

Het aantal fout gespelde plaatsnamen is bijzonder irritant. Pearson heeft het over het Haageland, de Sint Pieterskirk (vier maal!), Dienze... Het carnaval van Binche wordt gepresenteerd als de oorsprong van de Engelse uitdrukking "binge drinking", wat zonder meer incorrect is. En wanneer hij het over de kleurrijke benamingen van de Vlaamse regios heeft (Hedge Country, Country of the Hills), wordt de regio rond Halle vermeld als het "Land of the Basket Cheese". Waar slaat dat in hemelsnaam op?

Aarschot wordt overigens vernoemd en zelfs correct gespeld, doch in een eerder roemloze context: "We entered [het Nationaal Jenevermuseum] behind a couch-party of pensioners from Aarschot." Het heeft er alle schijn van dat Aarschot gewoon willekeurig van de landkaart is geplukt door Pearson, vanwege de verdachte, onuitspreekbare indruk die de naam op Engelsen moet maken.

Soms slaat Pearson de nagel echter wel op de kop. Wanneer hij vertelt over de klungelige vertalingen van toeristische informatie naar het Engels bijvoorbeeld:

Ignoring the lure of the ruined Abbey of Ename, 'whose foundation and early years of existence are now exposed to the public and together they make an open-air museum with a European radiation.'

Of nog op de menukaart:

'Hare in the style of your grandmother.'

Over het Belgisch Frans schrijft Pearson:

'We say septante for seventy and nonante for ninety. Now, if you say that to a Frenchman he will just laugh at you.' Possibly so, but in my view it is the bitter mirth of someone who realizes he has wasted part of his life saying sixty-ten and four-twenties-and-ten for no logical reason whatsoever.

Ook de Belgische dorpsmentaliteit wordt treffend beschreven in "A Tall Man in a Low Land":

"The Flemish in particular are notoriously parochial. It used to be said that a Fleming loved only what he could see from the local clocktower - though in places as flat as the Waasland this might not be quite as small an area as you imagine.

The narrowing of horizons is tied in too with opportunity. People in Montana will drive three hundred miles to see a concert, in Northumberland they will drive sixty miles, in London they can hardly bring themselves to cross the river.

The visitor in Belgium can, using the excellent rail network, quite happily spend a Saturday evening having an aperitif in Mechelen, dinner in Antwerp, a nightcap in Ghent and still be back in his or her Brussels hotel room in time to watch Match of the Day. But would you do the same thing if you were Belgian? Probably not. The range of choice (restaurants, cafés, cities, towns, villages) would be bewildering. Better to confine yourself to your local area and avoid the headache. And that is what Belgians do.

Het is een realisatie die ik me al vaak gemaakt heb, vooral sinds ik in Engeland studeer en daar zoveel mogelijk van het land probeer te zien. Maar als ik me dan aan iemand voorstel als Belg, komt er steevast een reactie over hoe mooi Brugge wel is (ook al heeft de gesprekspartner naar alle waarschijnlijkheid alleen maar de film gezien). En dan moet ik toegeven dat ik Brugge feitelijk totaal niet ken. Terwijl er een directe trein is vanuit Aarschot, slechts 1u40 onderweg... Het is waar dat ook Britten en andere nationaliteiten niet zo snel toerist spelen in eigen land, maar aangezien alles in Belgie zo dicht bij elkaar ligt, is het toch wel verbazingwekkend hoe weinig de gemiddelde Belg van zijn eigen land gezien heeft.

De meeste Engelsen kennen België enkel als land van oorlogskerkhoven, en (afhankelijk van het geslacht) als bierland of als chocoladeland. Ik was daarom erg benieuwd naar wat voor typische Belgische trekjes Pearson waren opgevallen tijdens zijn langere verblijf in België. Een paar opmerkingen schieten in het hart van de roos. "You can't work out where they hide the fresh milk in the supermarket." En de nauwkeurige regels voor treinbegeleiders over de taal of talen waarin het volgende station moet aangekondigd worden, is inderdaad België ten voeten uit. Maar soms is Pearson helaas een beetje te veel geobsedeerd door rariteiten, om een realistisch karakter van België te schetsen. De bizarre foto-selectie in het midden van het boek bewijst dat hij in de eerste plaats erop uit is om humor en excentriciteit te presenteren, in plaats van een representatief beeld van België te vormen. (De grapjes steunen bovendien meestal op obscure referenties naar Brise pop culture, referenties die zelfs aan mij voorbijgaan. Jammer.) De vermelding van "A Tall Man in a Low Land" in het Lonely Planel Travel Book vind ik dus niet echt gerechtvaardigd: voor elk feit dat de potentiële toerist over België bijleert, krijgt hij er twee vooroordelen en een dosis misinformatie bij...

Pearson heeft ook een bijzondere aandacht voor een aantal ietwat minder bekende Belgische schilders, zoals Paul Delvaux en Félicien Rops. Een rare obsessie van Pearson? Misschien niet, misschien moeten wij (Belgen) hier toch eens de hand in eigen boezem steken en ons afvragen waarom we zo weinig vaderlandse kunst kennen. De musea van Delvaux in St. Idesbald en van Rops in Namen staan alvast op mijn todo-lijstje voor een volgende bezoek aan België. De grootste ontdekking die ik in het "A Tall Man in a Low Land" heb gedaan, is echter van heel andere aard. Op een gegeven moment heeft Pearson het over "Anders Gaan Leven (Live Differently), the Flemish Green Party". Huh, Anders Gaan Leven??? Aaaaaah! Agalev!

Icons from Flaticon.