Blog: Delhi en Agra

Zaterdag 18 september 2010, 11:08

Na Jaipur trok ik naar Delhi, waar ik te gast was bij Mark en zijn vriendin Annapoorna. Mark was mijn kotgenoot in het Malting House in Cambridge. Hij is in Delhi opgegroeid en werkte daar afgelopen jaar opnieuw als jurist. Op het eind van de maand trekt Mark overigens terug naar Cambridge om daar te doctoreren in de rechten, maar hij was dus nog in Delhi om mij een beetje rond te leiden. En die begeleiding was zeer welgekomen, want Delhi wordt vaak genoemd als de meest overrompelende stad in India voor toeristen. De verschillende bezienswaardigheden in Delhi liggen ook vrij ver van elkaar, dus Mark als privé-chauffeur in het krioelende verkeer maakte het sightseeën er veel gemakkelijk op, al is er nu (naar aanleiding van de aanstaande Commonwealth Games) ook een nieuw metronetwerk. Mark heeft overigens, overtuigd door het beschaafde Britse verkeer, het toeteren opgegeven en beperkt zich nu tot het geven van signalen met de faren. Hij heeft ook eventjes geprobeerd om de rijstroken te volgen en om enkel rechts in te halen (in India rijdt men links), maar dat werkt gewoon niet in India; je geraakt nergens en je hindert het verkeer meer dan dat je het vlotter doet lopen!

Erg goed heb ik Delhi niet leren kennen. Ik was er slechts twee volle dagen, en het weer zat niet mee. Toen we uit de metro kwamen om de oude stad in te gaan, bleken alle straten onder water te staan, en zijn we dus maar direct terug de metro ingekropen. Ook het Rode Fort, nochtans een van Delhi's bekendste bezienswaardigheden en UNESCO werelderfgoed, hebben we moeten overslaan wegens de regen.

Het is inderdaad monsoonseizoen in India, wat warm en vochtig weer betekent. De monsoon is niet het ideale weer voor toerisme, maar het het wiskundecongres in Hyderabad had ik geen keuze. En eigenlijk was het weer draaglijker, minder plakkend heet, dan ik vreesde. De luchtvochtigheid was weliswaar steeds hoog, dus het zweet vloeide rijkelijk, maar gelukkig was er bijna de hele tijd een wolkenlaag die me afschermde van de brandende zon. En de regen viel soms wel met bakken uit de lucht, genre zwemmen of verzuipen, maar die stortbuien waren meestal van korte duur, zodat je na eventjes schuilen weer de draad kon opnemen. Slechts op drie momenten heeft het weer mijn plannen in de war kunnen sturen: in Delhi (veel regen), in Khajuraho (té heet) en in Darjeeling (mist). Langs de andere kant heeft de monsoon ook een voordeel: India is nu op z'n groenst. Vooral kleinere, landelijke plaatsen zoals Amber en Orchha zijn zonder twijfel het meest pittoresk tijdens de monsoon, wanneer het landschap fris en groen is, in plaats van dor en droog.

Ondanks de regen in Delhi, hebben we toch nog een aantal bezienswaardigheden kunnen zien. Het Rode Fort heb ik dus gemist, maar de twee andere UNESCO-werelderfgoedsites in Delhi heb ik wel bezocht. Ten eerste is er de Qutb Minar, met 72,5 meter de hoogste stenen minaret ter wereld. De minaret werd gebouwd tussen 1193 en 1368, toen moslims heersten over Delhi. Sinds 1981 (toen 45 mensen, vooral schoolkinderen, dood vertrappeld werden in de toren nadat een elektriciteitspanne paniek veroorzaakte) is het niet meer mogelijk om de Qutb Minar te beklimmen, maar het blijft een populaire bestemming, zowel voor Indiërs en buitenlandse toeristen. Ten tweede is er Humayuns graftombe. Humayun leefde van 1508 tot 1556 en was de tweede heerser van het Mogoelrijk. Zijn indrukwekkende graftombe werd afgewerkt in 1571. De Taj Mahal, die een kleine eeuw jonger is, heeft onbetwistbaar inspiratie gehaald hier.

Humayuns graftombe

Verder bezochten we ook de ruines van Tughlaqabad. De geschiedenis van Delhi is eigenlijk een opeenvolging van acht verschillende steden, met elk hun eigen stadskern. Het Britse New Delhi (meer bepaald Luytens' Delhi) is de achtste en recentste stad. Tughlaqabad was de derde stad, en ook stad met de kortste levensduur. Tughlaqabad werd gebouwd door Ghiyath al-Din Tughluq in 1321, en werd amper zes jaar later, na Ghiyath al-Din's dood, al verlaten. Van de stad blijft niet veel over (enkel het mausoleum van Ghiyath al-Din Tughluq wordt onderhouden), maar het is aangenaam wandelen tussen de ruïnes.

Tot slot in Delhi bezochten we ook de Lotus Tempel. Dit is het centrum in India van de Bahá'í religie, die als ambitieus doel heeft om alle wereldreligies te verenigen en iedereen in vrede te doen leven. Een informatiepaneel vertelt over de vredesboodschap die Bahá'u'lláh, de stichter van het Bahá'í-geloof, in 1867 bracht bij onder andere Napoleon III en Wilhelm I. Dat amper drie jaar later de Frans-Duitse oorlog losbrak, staat er niet bij vermeld... Anyway, de Lotus Tempel zelf is een modern bouwwerk (afgewerkt in 1986), gevormd naar de lotusbloem en fraai omgeven door enkele vijvertjes en goed onderhouden tuinen. De lotus is overigens de nationale bloem van India, een symbool van eer, triomf, voorspoed en van een lang leven.

En wat deden we de rest van de tijd, terwijl het regende? Gelukkig heeft Delhi een ruime keuze aan uitstekende restaurants, en Mark was er om er de beste plekjes uit te kiezen. Mjam-mjam!

Vanuit Delhi trok ik samen met Mark en Nora naar Agra. Nora is een Duitse, die samen met Mark en mij in Cambridge heeft gestudeerd, al heb ik haar toen niet gekend. Zij is nu voor een jaar in Delhi om er Duits te onderwijzen, en ze vergezelde ons voor een uitstap naar Agra. De stad Agra zegt je misschien niet veel, maar de grootste trekpleister - de Taj Mahal - moet toch wel een belletje doen rinkelen. De Taj Mahal is zonder twijfel het bekendste monument van India en wordt vaak genoemd als een modern wereldwonder. (Toch had Mark, die nochtans in Delhi opgroeide, de Taj Mahal nog nooit eerder bezocht!) De Taj Mahal werd gebouwd door heerser Shah Jahan om zijn tweede vrouw, Mumtaz Mahal, de gedenken, na haar overlijden in 1631 tijdens het bevallen van hun veertiende kind. Het hele complex werd afgewerkt in 1653. Shah Jahan werd daarna van de troon gestoten door zijn eigen zoon en opgesloten in het nabije Agra Fort. Na zijn dood in 1666, werd Shah Jahan naast zijn vrouw begraven in de Taj Mahal.

Buiten het domein van de Taj moet je je eerst vechten doorheen een hongerige meute van gidsen, rickshawchauffeurs, kameelkoetskoetsiers, postkaartverkopers en venders van allerlei prullaria. Vervolgens moet je 750 rupies (12,5 euro) ophosten voor een ticket, een fortuin naar Indische normen, waar je zelfs met een briefje van 500 rupies verveeld zit omdat niet iedereen er wisselgeld op wil of kan geven! Maar die 750 rupies is enkel voor buitenlandse toeristen, voor Indiërs bedraagt de toegangsprijs slechts 20 rupies! Bijna 40 keer minder! Een dergelijk "twee maten en gewichten"-systeem voor inkomkaartjes wordt bij veel bezienswaardigheden in India gebruikt, maar nergens is het zo extreem als bij de Taj Mahal. Enfin, als je je ticket hebt, moet je nog een luchthaven-waardige security check ondergaan en dan ben je eindelijk het domein van de Taj binnen, waar het gelukkig wat rustiger is. En is het dat alles dan wel waard? Toch wel! Hoeveel foto's van de Taj je ook al gezien hebt, wanneer je haar in het echt ziet, blijft ze verbluffend. Majestueus groot, schitterend marmer-wit van kleur, met elegante decoraties, symmetrisch ingekaderd door de vier torentjes...

Taj Mahal

De rest van Agra, buiten de Taj Mahal, is nogal een shithole; een vuile stad waarin alle wegen verstopt zijn met een duizenden auto- en fietsrickshaws, fietsen, brommers, auto's, ossenkarren of zelfs manueel getrokken karren... Gelukkig zijn er nog enkele andere bezienswaardigheden waar je kunt ontsnappen uit de stad. Bijvoorbeeld Agra Fort, dat zijn hoogdagen kende in de zestiende en zeventiende eeuw, toen Agra de hoofdstad was van het Mogoelrijk. Er is ook een Baby Taj (officieel: Itmad-ud-Daula's graftombe), een soort van voorstudie voor de Taj Mahal: veel kleiner, maar elegant en met fijne decoraties.

Vervolgens keerden Mark en Nora terug naar Delhi, en ik nam nog snel een taxi om Fatehpur Sikri te bezoeken, zo'n 40 km ten westen van Agra. De legendarische heerser Akbar (de zoon van Humayun en de grootvader van Shah Jahan) maakte Fatehpur Sikri in 1571 de hoofdstad van het Mogoelrijk nadat een plaatselijke wijze correct de geboorte van een zoon voor Akbar voorspelde. Door watertekort werd de stad amper 14 jaar later alweer verlaten. Ondertussen waren er wel magnifieke paleizen en een grootse moskee gebouwd, in kenmerkende roze zandsteen. De paleizen voelen vandaag aan als een echte spookstad. Je vind er ook de overblijfselen van enkele rare gewoontes die Akbar erop nahield: een tuintje waar ter dood veroordeelden werden vertrappeld door olifanten, en een levensgroot gezelschapsspelbord in een koer waar Akbar speelde met slavinnen in plaats van pionnen. In tegenstelling tot de paleizen, is de imposante Jama Masjid moskee vandaag nog wel in gebruik. Het meest indrukwekkend van al is de hoofdingang, een 54 meter hoge poort, die op zich al bovenop een hoge trap staat. De moskee was extra bedrijvig tijdens mijn bezoek wegens de ramadan.

Doorheen Fatehpur Sikri werd ik vergezeld door een plaatselijke student, die me een beetje rondleidde door het dorp. Met dergelijke mensen weet je nooit wat te verwachten. Vaak zeuren ze aan het einde hardnekkig voor een fooi die drie keer hoger is dan dat je een officiële gids zou betalen, zelfs al had je in het begin duidelijk gezegd dat je geen gids wou en dat je niets zou betalen. Maar soms kom je iemand tegen die nergens om vraagt, en zelfs aarzelt om een kleine fooi te aanvaarden. Mijn gids in Fatehpur Sikri was van de tweede soort: erg nuttig om me alles te tonen in de weinige tijd die ik had, maar toch vroeg hij niet om geld. Toegegeven, onderweg had ik wel twee souvenirtjes gekocht in het kraampje van zijn nonkel, en daar zal hij wel een commissie voor krijgen. Die souvenirs is trouwens een tragische geschiedenis. Het gaat om twee sort-of kaarshouders, waarover ik dacht dat het wel sfeervol zou zijn om op kot af en toe wat kaarslicht te hebben of om wat wierook te branden. Voor de terugvlucht had ik ze in mijn grote handdoek gewikkeld ter bescherming. Eens ik Leeds heb ik ze met handdoek en al in de wasmachine gegooid, waar ze in vele stukjes zijn uitgekomen...

Foto's van Hyderabad en Udaipur staan al in mijn fotoalbum. Meer foto's en het laatste verslag volgen binnenkort.

Icons from Flaticon.