Blog: Yorkshire Three Peaks

Maandag 7 maart 2011, 12:09

Als je wandelaars in Engeland over de "Three Peaks Callenge" hoort spreken, dan kan dat twee betekenissen hebben. Ten eerste kan men Ben Nevis (1344m), Scafell Pike (978m) en Mount Snowdon (1085m) bedoelen, de hoogste punten van respectievelijk Schotland, Engeland en Wales. De uitdaging bestaat er dan in om alle drie pieken te beklimmen binnen de 24 uur, inclusief de aanzienlijke rijtijd tussenin. Veel wandelaars combineren de uitdaging met het inzamelen van geld voor een goed doel. Toch is er kritiek op het concept, vooral vanwege de grote belasting op de plaatselijke voorzieningen en het milieu, en vanwege de druk om zo snel mogelijk te rijden onderweg tussen de verschillende pieken.

Ten tweede zijn er echter de Yorkshire Three Peaks: Pen-y-ghent (694m), Whernside (736m) en Ingleborough (734m). Dit zijn de drie bekendste heuvels van de Yorkshire Dales, en Whernside en Ingleborough zijn ook de twee hoogste toppen. De uitdaging hier is om de drie toppen te beklimmen in 12 uur. In dit geval moet je ook tussen de pieken wandelen; een totale afstand van 39 km, met 1500 meter hoogsteverschil te beklimmen en weer af te dalen. Voor de Yorkshire Three Peaks ben je dus niet afhankelijk van een goed georganiseerde ondersteuning of van filevrije autosnelwegen, je kan de uitdaging gewoon op jezelf aangaan, een concept dat mij veel meer aanstaat dan de National Three Peaks. Toen er op de "Hiking in Britain"-groep van CouchSurfing het initiatief genomen werd om de Yorkshire Three Peaks te doen, besloot ik dus om ook de uitdaging aan te gaan.

Onze groep bestond uit negen wandelaars, een bonte mix van boeiende personen, van de soort die je alleen met CouchSurfing bijeen kunt krijgen. Zo hadden we Michelle, een ornithologe die de hele dag lang, met twinkelende pretoogjes, de kleinste vogels stond te spotten en te benoemen, vanop een afstand waar u en ik nog niet eens een giraf zouden herkennen. En Sandra, een doctoraatsstudente die bestanddelen in huisstof onderzoekt en voor het verzamelen van monsters gratis overal woonkamers komt stofzuigen. En Scott, die technische tekeningen maakt voor een architectenbureau gespecialiseerd in het bouwen van benzinestations. En Caro, die vleermuizen bestudeert, en om vleermuizen te vangen vaak urenlang een netje 5 meter in de lucht staat te houden, bij een muuropening waarachter ze de angstige vleermuizen, die het netje hebben opgemerkt, kan horen ruzie maken over welke Chinese vrijwilliger eerst moet proberen weg te vliegen.

Vanuit heel Engeland trokken we op vrijdagavond allemaal naar Horton-in-Ribblesdale, het traditionele vertrekoord voor de Yorkshire Three Peaks. We brachten de nacht door in de 3 Peaks Bunkroom, een goed uitgerust bunkhouse, met echter één cruciale dooddoener: het doelpubliek bestaat enerzijds uit wandelaars zoals wij, en anderzijds uit stag parties en andere feestvierders die het platteland in willen trekken om veel lawaai te kunnen maken zonder de politie op hun dak te krijgen wegens geluidsoverlast. Terwijl wij dus in onze bunkroom de eerste verdieping een goede nachtrust nodig hadden met de wekker op vijf uur 's ochtends, was er een verdieping lager een verjaardagsfeest aan de gang van een bende jonge Pudsley'anen, met bonkende muziek en de intentie om de nacht door te doen...

Maar goede nachtrust of niet, de wekker stond op vijf uur 's ochtends, daar was geen ontkomen aan. Uiteindelijk duurde het een uurtje eer iedereen helemaal klaar was, en om exact één minuut na zes, met de eerste vage streep van daglicht reeds aan de horizon verschijnend, zetten we onze eerste stapjes van de dag. De eerste piek op de route is Pen-y-ghent. De beklimming begint vrijwel onmiddellijk vanuit Horton-in-Ribblesdale, en na slechts een goed uur bevonden we ons reeds op de mistige top, met het verraderlijke gevoel van reeds een derde van de opdracht te hebben volbracht. Doch in afstand hadden we nog maar net drie kilometer afgelegd. Van de 39...

De afstand tussen Pen-y-ghent en de tweede piek, Whernside, is het langste stuk van de route zonder noemenswaardig klimwerk. Aan het begin lijkt het nog wel mee te vallen, want bij het afdalen van Pen-y-ghent kan je het imposante Ribblehead spoorwegviaduct, het begin van de beklimming van Whernside, reeds zien liggen in de verte. Doch dan verdwijnt het viaduct achter de plooien van het landschap en tikken de kilometers voorbij. Je krijgt het gevoel dat achter de volgende molshoop toch echt wel het viaduct weer op moet duiken, totdat je je begint af te vragen of het viaduct in de tussentijd niet in rook is opgegaan. Als het viaduct zich dan eindelijk terug laat zien, lijkt het nog vrijwel even ver weg te liggen als anderhalf uur eerder, bij de laatste verschijning! Het is dan ook een opluchting als je eindelijk The Station Inn bereikt, aan het Ribblehead station en aan de voet van het viaduct, voor een thee- en toiletstop. Het uurrooster van de treinen, in grote letters geschilderd boven de bar, vertelt dat de treinen het traject tussen Horton-in-Ribblesdale en Ribblehead in vijf minuten afleggen. Daar hadden wij net goed vier uur over gedaan... Maar de treinen beklimmen Pen-y-ghent niet, natuurlijk.

Gedurende het eerste deel van de wandeling hadden we weinig andere wandelaars gezien. Op Pen-y-ghent waren er twee andere groepen die vroeg aan de Three Peaks begonnen waren; een middle-aged koppel dat wij inhaalden, en een groep jongeren die ons inhaalde. Verder werden we ook voorbijgeflitst door een groep van acht fell runners. Onder de indruk van hun energie, vroeg ik een van hen: "Are you doing the three peaks?" Hij had nog net de tijd om terug te roepen: "No, we're just doing two peaks today." Ha! Slechts twee pieken, woosies! Maar de manier waarop hij losjes het woordje "just" had gebruikt, liet uitschijnen dat hij ze evengoed alledrie op zou kunnen lopen, vervolgens nog de energie zou hebben om een marathon te doen tot in de Lakes, daar ook nog tot op de top van Scafell Pike zou kunnen lopen, om ons dan op te bellen met de woorden: "Are you still not finished doing the three peaks?"

Toen we, na onze korte stop in de pub, aan de beklimming van Whernside begonnen, waren er echter veel meer wandelaars op ons pad. Het was inmiddels half elf en vele dagjestoeristen begonnen aan hun kortere wandelingen. Het weer was droog maar zwaarbewolkt, met wolken die aan de hogere toppen bleven kleven, zodat er ook vanop de top van Whernside niets te zien was. Desondanks waren er verschillende andere groepen aan het lunchen op de top, allemaal gezeten langs het dry stone muurtje om te schuilen voor de koude wind. We konden ons gelukkig warmen met de gedachte dat we nu werkelijk over de helft zaten, zowel in afstand als in klimwerk. En met de stopwatch op 6:10, zaten we goed op weg om de eindstreep te halen binnen de richttijd van twaalf uur.

Terug op weg kwamen we al snel weer onder de wolken uit en kregen we aan de andere kant van de vallei het onmiskenbare silhouet te zien van Ingleborough, met de plateauvormige top, gehuld in een gloed van zonlicht dat tevergeefs probeert om de wolken open te breken. Vanuit de hoogte van Whernside ziet Ingleborough er niet zo'n grote beklimming uit, maar hoe meer je afdaalt tot in de vallei, hoe groter en zwaarder Ingleborough lijkt te worden. In de vallei konden we eerst nog even uitrusten in The Old Hill Inn in Chapel-le-Dale. Exact acht uur waren we nu onderweg, en twee derde van de wandeling zat erop: goed bezig!

Over de beklimming van Ingleborough vanuit Chapel-le-dale had ik al een aantal horrorverhalen gehoord, genre "dodelijk steil". Maar uiteindelijk viel dat allemaal best mee. Aanvankelijk gaat het zoetjes aan omhoog, over een onverharde weg doormidden lapiaz en vervolgens over een goed aangelegd pad door de moors. Dan doemt er inderdaad een verticale muur van 100 meter voor je op, maar opnieuw is er een goed aangelegd pad, zigzaggend en met vele rotsen die als trappen dienst doen. Voor je het weet ben je boven, op Ingleborough, en is er enkel nog een 7km lange afdaling tot in Horton-in-Ribbledale te doen.

De beklimming van Ingleborough was voor mij nog geen enkel probleem. Ik had nog energie op overschot, en moest wachten op enkele anderen in de groep die al hun krachten moesten verzamelen om boven te geraken. Maar ironisch genoeg kreeg ik het nu moeilijk in de afdaling; niet uit energiegebrek, maar wel door pijnlijke knieën. Vooral op de steilere stukjes afdaling deed elke stap - elk schokje voor mijn knieën - pijn. Voor het eerst begreep ik waarom mensen met wandelstokken op stap gaan, en wenste ik dat ik zelf een paar had... Als ik ooit de Yorkshire Three Peaks opnieuw doe, zal ik zeker trekking poles meenemen.

Gelukkig bestaat de afdaling van Ingleborough grotendeels uit een autostrade van een wandelpad, in rechte lijn naar Horton-in-Ribblesdale. Aan de andere kant van Horton was Pen-y-ghent inmiddels uit de wolken geraakt, en baadde die heuvel nu in een prachtig namiddaglicht. Veel energie om van dat zicht te genieten hadden we echter niet meer, alle aandacht ging naar de wegwijzers richting Horton, met steeds afnemende afstanden. Drie mijl en drie kwart. Twee mijl en een half. Eén mijl. En plots bevonden we ons in het station van Horton-in-Ribblesdale - stop, look and listen - en bleef er enkel nog de tergend lange weg naar de andere kant van het dorp over, naar The Golden Lion, waar we bijna 12 uur eerder vertrokken waren. In een tijd van 11:50 klokten we af. Een zeer indrukwekkend resultaat voor een groep van negen willekeurige mensen, die geen van allen ooit eerder een dergelijke uitdaging hadden geprobeerd. Ik had op voorhand echt niet gedacht dat iedereen het zou halen, maar we eindigden met de volledige groep, binnen de richttijd van 12 uur. Uitgeput maar trots op onszelf, ploften we dan ook neer bij het haardvuur in The Golden Lion.

Horton in Ribblesdale

Volgende uitdaging: 12 augustus - de Dodentocht!

Icons from Flaticon.